Ik denk dat ik aan één blog niet genoeg heb. Ik kijk met genoegen terug op de vakanties die ik vanaf kleins af aan heb gehad. Alleen vertel ik niet gauw over de momenten die minder fraai waren…Vooruit ik maak voor jou een uitzondering, want misschien kan ik dan het leed een plekje gaan geven:
- De Oostenrijkse bergen zijn een paradijs voor mountainbikers, dus wij schreven ons in voor een avontuurlijke tocht. De berg op in Nenzing, op een hete dag in juli. Na tien minuten liepen mijn vader en oom met vier chagrijnige kinderen en hun fietsen kilometers omhoog. Bij de daling leek ons laatste uur geslagen, want we moesten langs een steile, levensgevaarlijke helling . We bleven koelbloedig, maar we dachten achteraf alle zes: wat als…nooit meer!
- Iets met een hotelkamer in Blanes waar ik met een vriendin in polonaise binnenkwam, terwijl een andere vriendin met hevige tandpijn net terug was uit het ziekenhuis. Daar was zij bijna gedwongen om een wortelkanaalbehandeling te ondergaan, terwijl ze de Spaanse arts amper kon verstaan.
- Met de Lelijke Eend naar een camping op Texel in de duinen, dan kom je vanzelfsprekend bruin en opgeladen terug. De regen bleef de hele week aanhouden, waardoor we gedwongen werden om de kroeg als ons thuis te maken. Die bruine tint konden we vergeten en met moeite hielden we onze ogen open op de terugweg.
- Als je bij de Sint-Pieter in Rome een hooikoortsaanval krijgt heb je een probleem. Ik viel flauw van de hitte in combinatie met de hooikoorts en werd direct naar de kelders van het Vaticaan gebracht. Vervolgens moest ik in mijn ‘beste’ Italiaans uitleggen dat ik een medicijn nodig had tegen de hooikoorts.